Wat is de betekenis van anderstalige?

2024-04-29
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

anderstalige

(1990+) (euf.) allochtoon. Zie ook: allahtoon*; allo*; anderheimer*. • Dertig jaar geleden gaf uw nederige columnist les op een school met veel allochtonen. Die heetten toen ‘anderstaligen’. (Theodor Holman: Holman liegt. 2014)

2024-04-29
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

anderstalige

anderstalige - Zelfstandignaamwoord 1. iemand wiens moedertaal een andere is dan algemeen gesproken in een gebied Steeds meer anderstaligen wonen in Nederland. anderstalige - Bijvoeglijk naamwoord 1. verbogen vorm van de stellende trap van anderstalig Woordherkomst a...

2024-04-29
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)