Wat is de betekenis van aminozuur?

2024-04-27
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

aminozuur

aminozuur - Zelfstandignaamwoord 1. (biochemie) (medisch) bouwstof van de eiwitten, een organische verbinding die zowel een carboxylgroep (-COOH) als een aminegroep (-NH2) bezit Woordherkomst samenstelling van amine en zuur

2024-04-27
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

aminozuur

aminozuur - zelfstandig naamwoord uitspraak: a-mi-no-zuur 1. bouwstof van alle eiwitten ♢ in dit sportdrankje zitten aminozuren Zelfstandig naamwoord: a-mi-no-zuur het aminozuur de amino...

2024-04-27
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Aminozuur

organisch zuur dat behalve één of meer carboxylgroepen (–COOH, een zuurgroep) ook één of meer basische aminogroepen, –NH2, in zijn molecule bevat.

2024-04-27
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Aminozuur

grondstof van eiwitten

2024-04-27
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2024-04-27
Prisma Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)