Wat is de betekenis van Alpenhoorn?

hoorn uit de Alpen. houten muziekinstrument bestaande uit een tot 4 meter lange conische pijp met aan de ene zijde een mondstuk en aan de andere zijde een opgerichte klankbeker dat vooral wordt bespeeld in de open lucht in de Alpen en dat als signaalgever wordt gebruikt. Voorbeelden: Zwitsers en Oostenrijkers houden het in het geberg...

alpenhoorn - Zelfstandignaamwoord 1. (muziekinstrument) een van hout vervaardigd blaasinstrument met een lengte tot vier meter Woordherkomst samenstelling van alp en hoorn met het invoegsel -en- Verwante begrippen aerofoon

Een alpenhoorn is een houten blaasinstrument, gemiddeld 185 centimeter lang. De klank werd terecht beschreven als die van 'een gedrogeerde olifant die zijn neus snuit'. Het werd gebruikt door herders in de Alpen en in berggebieden van onder andere Scandinavië en Duitsland. Beethoven citeert de alpenhoorn in zijn Zesde symfonie, de Pastorale.

alpenhoorn - Houten trompetten met een cilindrische of conische boring; oorspronkelijk ontwikkeld en bespeeld in de Alpen.

oud blaasinstrument van de alpenherders. Hij kenmerkt zich door een lang, houten roer (de langste die bekend is, meet 10 m!). Bij het midwinterblazen in Twente gebruikt men ook dergelijke hoorns.

blaasinstrument van hout of schors, uit de Alpen, dat wegens zijn lengte (tot 4 m) ofwel een bocht vertoont, ofwel tweemaal is gevouwen.

m. (-s), blaasinstrument der alpenherders, meest van hout en wel 5 voet lang.

Alpenhoorn - zeer oud blaasinstrument, bij herders in de Alpen in gebruik, uit hard hout ter lengte van 5 à 6 m gebouwd, zonder gaten, zoodat het instr. alléén over eenige natuurtonen beschikt.

Primitief blaasinstrument van zeer oude herkomst, dat alleen de natuurtonen van de toonschaal geeft. Wordt door de herders in de Alpen gebruikt. Het 5 tot 6 voet lange kegelvormige instrument is vervaardigd van houten duigen, waaraan soms een mondstuk van hard hout is bevestigd.