Wat is de betekenis van ALGOEDHEID?

2025-07-16
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Algoedheid

v., 1. volmaakte, eindeloze goedheid-,, als attribuut der Godheid; 2. (fig.) God zelve.

2025-07-16
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

Algoedheid

(al'goetheit) v. Algoede (1).

2025-07-16
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

ALGOEDHEID

Algoedheid v. volmaakte, eindelooze goedheid, als attribuut der Godheid; (dicht.) de Algoede.

Gerelateerde zoekopdrachten