Wat is de betekenis van Albricus?

2025-07-17
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

Albricus

(al'bri:kus) (H.) bisschop van Utrecht, werkte aan de bekering der Friezen,✝14 nov. (feest) 784.

2025-07-17
Geographisch- historisch woordenboek

Servaas de Bruin, D. Noothoven van Goor (1869)

Albricus

ook Adelbricus of Alberic, volgens sommigen een Engelschman, meer waarschijnlijk een bloedverwant van den frankischen koning, volgde Gregorius bisschop van Utrecht als zoodanig op 776; hij zond den diaken Ludgerus met anderen naar Friesland, om er de afgoderij uit te roeijen en de afgodstempels te vernielen, en stierf 21 Augustus 784.