Wat is de betekenis van agente?

2024-04-28
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

agente

agente - Zelfstandignaamwoord 1. (beroep) vrouwelijke vorm van agent

2024-04-28
Woordenboek Italiaans (IT-NL)

A. Lankhout en J.E. Bas Backer (1951)

agente

1. werkend, werkzaam. 2. agent; agens; agente di campagna, rentmeester.

2024-04-28
Spaans woordenboek (SP-NL)

Dr. C.F.A. van Dam (1948)

Agente

m. agent, bemiddelaar; agens, werkend beginsel; agente de aduana, convooiloper; agente de buques, scheepsmakelaar; agente de bolsa, o agente de cambio, o agente de cambio y bolsa, effectenmakelaar; agente comercial, handelsreiziger; agente de negocios, zaakwa...