Wat is de betekenis van Aframmeling?

2024-04-29
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Aframmeling

v. (-en), pak slaag : iem. een aframmeling geven, hem afrossen; (ook fig.) iem. de mantel uitvegen.

2024-04-29
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

aframmeling

v. -en, pak slaag: iem. een aframmeling geven.

2024-04-29
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

aframmeling

('af) v. (–en) het aframmelen inz. (1) : iemand een – geven.

2024-04-29
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2024-04-29
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Aframmeling

AFRAMMELING v. (-en), iem. eene aframmeling geven, een pak slaag geven, hem afrossen; (ook fig.) iem. den mantel uitvegen.

2024-04-29
Prisma Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)