Wat is de betekenis van aflevering?

aflevering - Zelfstandignaamwoord 1. elk onderdeel van een tv-serie dat op regelmatige tijden wordt uitgebracht of uitgezonden ♢ Ik heb die aflevering al drie keer gezien! 2. het afleveren van iets ♢ De aflevering van deze goederen zal door het noodweer wat v...

aflevering - zelfstandig naamwoord uitspraak: af-le-ve-ring 1. de afgifte van iets wat verkocht of besteld is ♢ de aflevering van uw boeken is vertraagd 2. deel van een vervolgserie ♢ in deze af...

(de, -en) in België ook: feest dat om de twee, drie enz. jaar plaatsvindt.

elk van de gedeelten van een seriële publikatie, zoals die achtereenvolgens verschijnen en afgeleverd worden. - nummer.

aflevering verwijst naar de hoeveelheid geleverde goederen aan een afnemer in een bepaalde periode. De hoeveelheid kan zowel in stuks als in geld uitgedrukt zijn.

In toep. op (jaarlijks plaatsvindende) feesten e.d.: jaargang, editie; soms bep.: viering. Hier zijn we met de 14e aflevering van de Rumstse Volksfeesten, Feestprogramma Rumstse Volksfeesten 1976, p. 3.

s., ôflevering; (van tijdschrift), jefte, jifte.

...

v. (-en), 1. de daad van afleveren; inz. de afgifte van het verkochte of het bestelde : zorg bij de aflevering tegenwoordig te zijn ; 2. (boekh.) elk der gedeelten van een werk, zoals die achtereenvolgens verschijnen en aan de kopers afgeleverd worden: het werk zal worden uitgegeven in afleveringen van vijf vel druks.