afhandelen
afhandelen - Werkwoord 1. (ov) regelen zodat het tot een einde komt ♢ Gelukkig kon de bank de lening afhandelen en hoefden we niet opnieuw langs. Woordherkomst samenstelling van af(bijwoord) en handelen(werkwoord)
Wiktionary (2019)
afhandelen - Werkwoord 1. (ov) regelen zodat het tot een einde komt ♢ Gelukkig kon de bank de lening afhandelen en hoefden we niet opnieuw langs. Woordherkomst samenstelling van af(bijwoord) en handelen(werkwoord)
Muiswerk Educatief (2017)
afhandelen - regelmatig werkwoord uitspraak: af-han-de-len 1. ervoor zorgen dat het klaar is ♢ heb jij die bestelling al afgehandeld? Regelmatig werkwoord: af-han-de-len ik handel af (... ik afhandel) ...
Van Dale Uitgevers (1950)
(handelde af, heeft afgehandeld), 1. ten einde toe behandelen, (over iets) zoveel zeggen of schrijven als men weet of dienstig oordeelt (b.v. in een voordracht); 2. (een aangelegenheid, onderwerp met iemand anders) afdoen, tot een besluit brengen ; — deze zaak is af gehandeld, daar behoeft niet meer over gesproken te worden; — ...
M. J. Koenen's (1937)
handelde af, heeft afgehandeld; [zaken] afdoen, beëindigen, regelen: deze zaak is nu afgehandeld.
Jozef Verschueren (1930)
('af) (handelde af. heeft afgehandeld) beëindigen : zaken -; wij hebben met elkaar afgehandeld, ik wil met u niets meer te doen hebben. afhandeling v. (-en).
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
af'handelen (handelde af, heeft afgehandeld), 1. ten einde toe behandelen; 2. (een aangelegenheid, onderwerp met iemand anders) afdoen, tot een besluit brengen; deze zaak is afgehandeld, daar hoeft niet meer over gesproken te worden; wij hebben met elkaar afgehandeld, ik wil niets meer met u te doen hebben.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: