Wat is de betekenis van afgelajen?

2024-04-29
De vreemde woorden

Fokko Bos, Dr. O. Noordenbos (1955)

Afgelajen

(Barg.) af, op, afgetobd, uitgeput.

2024-04-29
Boevenjargon

Professor Henry Roskam (1949)

afgelajen

[uitgeput] me niese is afgelajen, mijn meid kan niet meer.

2024-04-29
De vreemde woorden

Fokko Bos (1914)

afgelajen

afgelajen - (argot), af, op, afgetobd, uitgeput.

Gerelateerde zoekopdrachten