Wat is de betekenis van adduceren?

2024-04-26
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Adduceren

[Lat. adducere, van ad = bij, en ducere = voeren] aanvoeren, bijbrengen.

2024-04-26
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Adduceren

aanvoeren; bijbrengen; omtrekken minder scherp maken

2024-04-26
De vreemde woorden

Fokko Bos, Dr. O. Noordenbos (1955)

Adduceren

aanvoeren, bijbrengen.

2024-04-26
Eerste Medisch Systematische Ingerichte Encyclopedie

Uitgeversmaatschappij A. Manteau N.V. (1954)

Adduceren

aanvoeren, zie aanvoerder.

2024-04-26
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Adduceren

(adduceerde, heeft geadduceerd), (<Lat.), aanvoeren, bijbrengen, tot zich trekken.

2024-04-26
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

adduceren

(addu'se:rən) (adduceerde, heeft geadduceerd) [Lat. adducere] aanvoeren, bijbrengen.

2024-04-26
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

adduceren

adduceren - adduce'ren [Lat., adducëre, naar zich toe voeren] (adduceerde, heeft geadduceerd), aanvoeren, bijbrengen, tot zich trekken.

Gerelateerde zoekopdrachten