Wat is de betekenis van Adderkruid?

2025-07-16
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Adderkruid

o., 1. zekere soort van Duizendknoop (Polygonum bistorta); 2. ben. voor de plant (Scorzonera hispanica) welker wortels de bekende schorseneren zijn ; 3. gew. ben. voor het pijlkruid, elders voor de adelaarsvaren, het penningkruid en de salomonszegel.

2025-07-16
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

adderkruid

o., pijlkruid; Lat. sagittaria sagittifolia; ook gezegd van adelaarsvarens.

2025-07-16
Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Adderkruid

gewestelijke naam voor zie Ade laarsvaren.

2025-07-16
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

adderkruid

('addər) o. adderwortel.

2025-07-16
Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Adderkruid

Adderkruid - volksnaam voor een zeer groot aantal geheel uiteenloopende wilde plantensoorten. Zie b.v. PIJLKRUID.

2025-07-16
Vivat's Geïllustreerde Encyclopedie

J. Kramer (1908)

Adderkruid

volksnaam voor Adelaarsvaren en (Sagittaria.

2025-07-16
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Adderkruid

ADDERKRUID o. zekere plant (polygonum bistorta) ook adderwortel, slangenwortel, beemd-duizendknoop geheeten; — de plant (scorzonera hispanica) wier wortels de bekende schorseneeren zijn; — (in Groningen) het pijlkruid, ook serpentstong genoemd; elders benaming voor adelaarsvaren, penningkruid en salomonszegel.

2025-07-16
Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Adderkruid

Adderkruid is de naam, welke hier en daar gegeven wordt aan het gemeene pijlkruid (sagittaria sagittifolia), dat tot de familie der weegbreën (alismaceae) behoort en zich met zijne pijlvormige bladeren boven het water onzer slooten verheft. Zijn wortel heeft eetbare, meeldragende knollen. De addertong (ophioglossum vulgatum L.) behoor...

Gerelateerde zoekopdrachten