Wat is de betekenis van aandrift?

2024-04-23
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

aandrift

aandrift - Zelfstandignaamwoord 1. sterke opwelling om iets te doen, innerlijke drang Woordherkomst samenstelling van aan en drift Synoniemen impuls, drang, aandrang, opwelling

2024-04-23
Lexicon van de Psychologie

N. Sillamy (1965)

AANDRIFT

→ Drift.

2024-04-23
Eerste Medisch Systematische Ingerichte Encyclopedie

Uitgeversmaatschappij A. Manteau N.V. (1954)

Aandrift

germanisme voor drift, sterke neiging.

2024-04-23
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Aandrift

s., (oan)driuw, (oan)drift.

2024-04-23
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Aandrift

v. (-en), 1. sterke opwelling om iets te doen ; impuls ; (dicht.) bezieling; 2. drang, ingeschapen neiging tot zekere handeling: blinde, dierlijke aandrift.

2024-04-23
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

aandrift

v. (1 inwendig gevoel, dat tot handelen aanspoort, ingeschapen gevoel, instinct; 2 bezieling): 1 dierlijke -; 2 heilige -.

2024-04-23
Encyclopedie voor Ziel- en Opvoedkunde

Drs. P. Wijkema (1936)

Aandrift

uit de natuur van den mens voortspruitende drang tot handelen.

2024-04-23
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

aandrift

('a:n) v. het aandrijven (I 2) nl. 1. aansporing door een onzichtbare hogere macht : door uit den hoge. . aansporing door een innerlijk gevoel nl. a. door een aangeboren neiging : uit blinde, dierlijke -. b. door bezieling : zijn ziel ontstak van heilige -. Syn. aansporing, instinkt.

Wil je toegang tot alle 15 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-23
Polulaire Geneeskundige Encyclopaedie

Dr. Ch. Bles (1929)

Aandrift

impulsie, heftige opwekking om iets te doen; aangeboren gevoel, dat dierlijke wezens bij hun handelen leidt.