Molenwoordenboek

B.D. Poppen (2000)

Gepubliceerd op 10-02-2017

Tuimelklep

betekenis & definitie

Vaak ook wachtdeur. Bij schepradmolens, afsluiting van de waterloop, waardoor het opgemalen water niet kon terugvloeien. Een "deur" in de waterstroom van een poldermolen (tussen voorwaterloop en stortebed). De tuimelklep gaat alleen open met de maalstroom mee, (wanneer er gemalen wordt; eindigt het malen dan valt deur door druk buitenwater dicht) waardoor wordt voorkomen dat het water weer terugvloeit in de polder.

< >