ambulance; ziekenwagen.
voertuig dat snel naar een in nood verkerende zieke of gewonde medische hulp vervoert en de patiënt vervolgens naar het ziekenhuis brengt; ziekenwagen.
Voorbeelden:
Meteen toen zijn oma viel is Peter naar buiten gehold, hij roept al naar de portier terwijl hij van de trap raast: een ziekenauto, het alarmnummer, de dokter moet komen!
Anna Enquist, Het meesterstuk, 1999
Van Engelen weet wat er gebeurde. "De ziekenauto kreeg voorrang van een automobilist op een kruispunt. Helaas kwam er van achter de wachtende auto een andere wagen aanrijden. Of deze de ambulance niet had gezien of gewoon niet wilde wachten, is niet duidelijk."
Reformatorisch Dagblad, 2003
Overigens kreeg de sportblessure van Berry van der Vegt een extra vervelend tintje, omdat de ziekenauto bijna een uur nodig had om De Boschkamp te bereiken. De ambulances van Steenwijk en Wolvega bleken onderweg en Meppel reed naar het Drentse Wilhelminaoord voordat men er daar achter kwam dat het om Willemsoord ging. Van der Vegt lag daardoor bijna een uur op het koude voetbalveld.
Meppeler Courant, 1995