Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

Gepubliceerd op 30-05-2017

zadelpaard

betekenis & definitie

rijpaard.

paard dat onder het zadel gereden wordt; paard dat geschikt is om onder het zadel bereden te worden; rijpaard.

Voorbeelden:
De geduldige fokkers van de Oldenburgers legden zich opnieuw toe op een nieuw type met behulp van, in de eerste plaats, de Anglo-Normandische hengsten in mindere mate de Hannoveraanse en Oostpruisische paarden van het Trakehner type, en de Engelse Volbloeds. Het resultaat is een sterk, veelzijdig zadelpaard met een evenwichtig karakter, een plezierig rijpaard voor de ruiter en een nuttig paard voor de military en het springen.
http://hoeveneind.yourbb.nl/viewtopic.php?f=61&t=258&sid=40a3a59ed32e27b7bb7537443188f51a