hoogopgeleide jongere.
hoogopgeleide jongere uit de grote stad met een trendgevoelige levensstandaard; yup.
Voorbeelden:
Vrij laat in het boek merkt de auteur op dat hij zwerft 'als uiting van een lichte weerzin tegen de maatschappij', en die krijgt er dan ook flink van langs. De gebeten hond is vooral de losbandige consument, de yuppie.
NRC, 1995
De tijd dat yuppies in Tokio tot 600 frank voor één enkel glas van het goedje wilden neertellen, lijkt voorbij.
De Standaard, 1995
Gerson toont zich een scherp observator wanneer ze het leven van krakers, drugsdealers, yuppies, kunstenaars en travestieten tekent.
De Standaard, 1996
