kind zonder ouders.
kind van wie de beide ouders overleden zijn; kind dat beide ouders verloren heeft; kind dat wees is.
Voorbeelden:
In het kindertehuis werden niet alleen weeskinderen opgevangen, maar werd ook tijdelijk hulp geboden aan moeders die een tijdje niet voor hun kinderen konden zorgen.
Meppeler Courant, 1994
Eerst dienden ze een aanvraag in om een kind uit Ruanda te adopteren. Maar toen braken de onlusten daar uit. Toen stelde I. voor om een gezonde tweeling uit Zaïre te accepteren. Dat deed de familie L., in de overtuiging dat het weeskinderen betrof, die in het weeshuis Le Mouvement Evangélique verbleven in Kinshasa.
De Standaard, 1996
Weeskinderen wier ouders als gevolg van de antiapartheidsstrijd om het leven kwamen, kregen via het fonds geld voor scholing.
http://oud.refdag.nl/bui/991126bui06.html, 1999