aanzienlijksten.
(Engels, letterlijk 'bovenste tien') geheel van de meest invloedrijke, gezaghebbende en/of rijke mensen; aanzienlijksten; hoogste kringen; high society; elite.
Altijd voorafgegaan door het lidwoord de.
Voorbeelden:
Consumeren is tenslotte een groepsgewoonte, net als taalgebruik: op het moment dat intellectuelen een bepaald woord uit het bargoens gaan usurperen, laat de onderwereld dat woord vallen, en bedenkt een nieuw woord - of jat het uit het vocabularium van de upper ten.
Jan Blokker, Ben ik eigenlijk wel links genoeg?, 1977
Wij bewegen ons bij voorkeur in de salons van de upper ten, de beheerraden van multinationals, kabinetsraden, zelfs in conclaven en concilies, overal waar de belangrijkste beslissingen worden genomen.
Johan Van Nijen, Iks, 1983
Nu blijkt dat dergelijke grof betaalde jachtpartijen overal voor komen. Of het nu in Canada gaat om een beer, of in India om een neushoorn, Afrika is nog steeds favoriet. Nu denken velen dat dit niet in ons land gebeurt en dat wij beschaafder zijn. Niets is minder waar. Ook in ons land worden jachtpartijen gehouden voor de upper ten, of voor mensen die genoeg geld hebben.
http://www.metronieuws.nl/lezerscolumn/petervanheiningen/actueel/2015/07/cecil-dood-door-tandarts, 28 juli 2015
De High Tea serveren wij op ieder gewenst tijdstip vanaf 12:00 uur. De High Tea word alleen op reservering verzorgd. Wat vroeger behoorde tot de voorrechten van de 'upper ten' wordt in Restaurant Fly Inn voor iedereen bereikbaar.
http://www.restaurantflyinn.nl/modules/page/arrangementen/hightea.php
'Van Couperus had ik alles al gelezen toen ik twaalf jaar was. Ook de boeken waar ik helemaal niets van begreep. Maar toch... ik vrat het en ben altijd een waanzinnig liefhebster van Couperus gebleven. Die man was als schrijver zijn tijd ver vooruit. Het is zo knap hoe hij in die tijd - hij schreef immers rond de eeuwwisseling over de "upper ten" van Den Haag - op de gedachte kwam hen "kleine zielen" te noemen.
http://www.eenlevenlangtheater.nl/ellen%20vogel/biografie/Taalgevoelig, 2007
