Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

Gepubliceerd op 30-05-2017

tjalk

betekenis & definitie

zeilschip voor binnenwateren.

lang en smal zeilschip met meestal één mast, een ronde boeg, een platte bodem en zijzwaarden, oorspronkelijk gebruikt voor vrachtvervoer op binnenwateren, maar tegenwoordig ook in recreatief gebruik.

Voorbeelden:
Een paar keer per dag kwamen er tjalken langs: volgeladen gevaartes met donkerbruine zeilen, stil verschijnend om de bocht en plechtig voortgedreven door de onzichtbare wind verdwijnend in de volgende.
Harry Mulisch, De aanslag, 1982

Pluten, (zee)punters, botters, Vollenhoofse Bollen, een Enterse Zomp, schouwen, jachten, tweemasters, een tjalk en een Staverse Jol, ze zullen in linie de nieuwe haven komen binnenvaren.
Meppeler Courant, 1993

Binnenvaartschepen waren kagen, tjalken, damlopers, pleiten, otters, ponen en diverse andere.
http://www.bataviawerf.nl/valreep.htm

Wat begon als studentikoze aardigheid (het organiseren van tochten met tjalken en botters voor jaarclubweekenden) is in de loop der jaren uitgegroeid tot een compleet ichthyologisch reisbureau, met een kantoor en een taakverdeling.
Anna Enquist, Het meesterstuk, 1999

< >