zoogdier met een kleine slurf.
zoogdier uit Zuidoost-Azië, Zuid-Amerika en Midden-Amerika met een korte slurf, dat als jong dier gestreept is en op latere leeftijd donkerbruin kleurt en, in het geval van de Maleise of Indische tapir, wit kleurt aan de achterkant van zijn lichaam.
Voorbeelden:
Tapirs behoren tot de onevenhoevigen: ze hebben drie hoeven per poot. Hun slurfje is kenmerkend. Tapirs leven vooral in bossen en houden ook van water. De tapirfamilie bestaat al erg lang. Ooit kwamen tapirs over een veel groter deel van de wereld voor dan nu. Dat blijkt nog uit de grote afstand die zit tussen de Maleise tapir (Zuidoost-Azië) en de overige drie soorten (Midden- en Zuid-Amerika).
https://www.wnf.nl/dieren/dierenbieb-zoogdieren/tapirs.htm, 1 juni 2018
De landbrug tussen Noord- en Zuid-Amerika was tien miljoen jaar geleden nog niet volledig gevormd. In de plaats lag er een keten van eilanden. De mastodonten en andere dieren, zoals tapirs en kameelachtigen, konden van eiland naar eiland zwemmen.
De Standaard, 1996
De nu ontdekte nieuwe soort heet officieel Tapirus kabomani. Die naam is feitelijk een pleonasme, want 'arabo kabomani' betekent tapir in de inheemse Paumarí-taal; de tapir tapir dus.
https://www.trouw.nl/home/de-nieuwe-tapir-bosbewoners-met-een-kek-kort-slurfje~a9790351/, 4 januari 2014