Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

Gepubliceerd op 30-05-2017

steeg

betekenis & definitie

smalle weg.

smalle weg in een dorp of stad.
Vaak in de verkleinvorm steegje.

Voorbeelden:
De straten werden stegen en de stegen werden steeds smaller, donkerder en gevaarlijker.
Ilja Leonard Pfeijffer, Rupert: een bekentenis, 2002

Op de drempel van de nacht maken we een ommetje. Eerst een lange laan met platanen, dan de stegen en pleintjes van de oude stad.
NRC, 1993

Ik liep de Royal Mile op en af en de stegen en trappen van de hoge, middeleeuwse wijk, waar volgens de man van het hotel iedereen, tot twaalf hoog toe, vroeger al zijn afval, ook de inhoud van zijn pot, uit het raam gooide, zodat de stad tot op een uur afstand buiten de muren stonk.
Mensje van Keulen, De gelukkige, 2001

Deze ware Volkshuissocialist kent de sloppen, stegen en mijnwerkershuizen van zijn Centre.
De Standaard, 1996

< >