Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

Gepubliceerd op 30-05-2017

rozijn

betekenis & definitie

gedroogde druif.

gedroogde, pitloze druif van een druivenras met grote vruchten.

Voorbeelden:
Hoe is het zakken van rozijnen in een cake te voorkomen? Dit is te voorkomen door de rozijnen te wassen en goed te drogen, daarna de rozijnen mengen met wat cakemeel of bloem en ze voorzichtig door het beslag mengen.
http://www.watetenwevandaag.nl/cgi-bin/H55faq.cgi?m=5=3

Ik nam een hap van een oliebol. 'Lekker Bea, lekker veel rozijnen.' 'Op krenten heb ik het niet,' zei hij. 'Daar zitten altijd steentjes tussen en daar bijt je dan op.' 'Nee, dat is niet leuk,' gaf ik toe, 'maar het gebeurt gelukkig niet vaak en ik vind een krent toch ook wel lekker.'
J.J. Voskuil, Requiem voor een vriend, 2002

Anouk sneed de taart aan. De appeltjes waren overdekt met rozijnen en amandelen. Goudbruin en glimmend.
Jaap Scholten, Morgenster, 2000