Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

Gepubliceerd op 30-05-2017

paella

betekenis & definitie

Spaans rijstgerecht.

Spaans rijstgerecht met in bouillon gekookte stukjes kip, konijn, vis, schaaldieren, groente, gefrituurde tomaten, en doorgaans klaargemaakt in een grote, brede, komvormige pan met twee oren.

Voorbeelden:
Geen wonder dat de parkeerplaatsen van Leclerc, Mammouth, Monoprix en Cora, gigantische supermarkten waar je nachtkastjes maar ook verse rog en kant en klare paella kunt kopen, vol staan met nostalgisch oude opgelapte autootjes.
NRC, 1993

Op 9 augustus maakt deze vereniging ter bevordering van het gastronomisch verbruik van Noordzeevruchten in het algemeen en garnaal in het bijzonder op de zeedijk haar paella klaar.
De Standaard, 1997

Henk had een gigantische pan paella gemaakt.
Ronald Giphart, Het leukste jaar uit de geschiedenis van de mensheid, 2002

Ik heb mijn vader lang als een alleskunner beschouwd, een bewonderenswaardige figuur die even gemakkelijk een dakkapel voor mijn zolderkamer maakte, als een grote pan paella bereidde.
Karel Glastra van Loon, De passievrucht, 2000