Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

Gepubliceerd op 30-05-2017

Noorman

betekenis & definitie

iemand die behoorde tot de uit Scandinavië afkomstige groepen krijgers die van de achtste tot de elfde eeuw in Europa plundertochten hielden of grondgebied veroverden; Viking.

Voorbeelden:
De nog natte tekening waar hij aan bezig was stelde een Noorman voor die met heftig geheven aks een andere Noorman te lijf ging, de wapenrokken vlotten, de wolken raasden.
Hugo Claus, Het verdriet van België, 1983

Het was pas toen de Noormannen in de 9e eeuw de streek binnenvielen en leegplunderden dat de graaf van Vlaanderen op deze plaats een versterkte burcht bouwde waarrond een woonkern groeide. Toen de invallen en de verwoestingen van de Vikings ophielden begonnen de Bruggelingen, dankzij de goede verbindingen met de zee handel te drijven met Engeland en Scandinavië.
http://www.zeebruggeport.be/mbz/index.asp?p=106

Het duurde tot de achtste, negende eeuw vooraleer er in het middeleeuwse Vlaanderen opnieuw van enige handel en wandel sprake was. Die ontluikende handel werd korte tijd later bedreigd door de invallen van de Noormannen. Heel wat steden waren het slachtoffer van die "gevreesde plaag", maar niet Brugge, dat aan het einde van een smalle geul was gelegen. Volgens Rottier was die ligging te riskant voor de Noormannen, die een omsingeling vreesden.
De Standaard, 1996

< >