Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

Gepubliceerd op 30-05-2017

neushoorn

betekenis & definitie

rinoceros.

groot, log, dikhuidig zoogdier uit Afrika en Azië, dat zijn naam dankt aan de naar achteren gebogen hoorn op zijn neus; rinoceros.
In het meervoud in wetenschappelijke taal ook in toepassing op de familie der Rhinocerotidae (neushoorns), waartoe de vijf soorten behoren.

Voorbeelden:
Het drama van de neushoorn bewijst dat ook vandaag het rotsvaste geloof in bepaalde stoffen nog zeer levendig is. Omdat dit dier gedurende uren kan coïteren, schrijft men aan zijn hoorn potentieverhogende eigenschappen toe. Met als gevolg dat neushoorns massaal worden uitgeroeid en dat woekerprijzen worden betaald voor wat neushoornpoeder.
http://www.gezondheid.be/index.cfm?fuseaction=openprintart_id=55

De afgelopen dertig jaar zijn er meer dan 90.000 neushoorns gedood. Niet omdat neushoornvlees zo lekker is, maar omdat de hoorn zoveel geld waard is. Een kilo hoorn levert meer op dan een kilo goud. Wat doen ze dan met die hoorn? "In Azië maken ze er sieraden en medicijnen van," legt Arnold van Kreveld van het Wereld Natuur Fonds (WNF) uit. "En een dolk met een hoornen handvat heeft in de Arabische staat Jemen dezelfde status als hier een BMW."
NRC, 1993

Wereldwijd zijn er nu nog zo'n twaalfduizend wilde neushoorns - vergelijkbaar met het aantal bezoekers bij een middelmatige voetbalwedstrijd.
NRC, 1995

Voor een kwade neushoorn klim je best in een stevige boom, voor een tijger kies je beter een dunne boom.
http://www.wereldvlinders.be/diary/diary-full.html

Net als de andere onevenhoevigen - de tapirs en de paardachtigen - beperken neushoorns zich tot plantaardige kost.
NRC, 1995