Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

Gepubliceerd op 30-05-2017

maripaboom

betekenis & definitie

palmboom.

palmboom die gele ovale vruchten voorbrengt en waarvan de bladeren en takken zouden beschermen tegen boze geesten.

Voorbeelden:
Ver van hier, in een Indiaans dorp, stond een grote maripaboom. Hij was hoog en sterk, maar droeg nooit vruchten. Schaduw gaf hij wel.
Van hier en daar en overal. Dl. 2, 1986