voetballer die met links speelt.
voetballer of voetbalster die van nature links is en met het linkerbeen het meest bedreven is; voetballer of voetbalster die van nature met links speelt; linksbenige voetballer of voetbalster.
Voorbeelden:
En dan Frank de Boer als laatste man, een linkspoot. Een rechtsbenige voetballer kan meestal ook redelijk links trappen, een linksbenige voetballer kan zelden rechts trappen.
NRC, 1993
Een wonderlijke invalbeurt van Nico Vanderdonck redde zijn maatje Tony Herreman van een nacht vol boze dromen. De linkspoot met de lange haren had op zeer ongelukkige wijze de bal voorbij zijn eigen doelman gekopt en Germinal aldus op gelijke hoogte gebracht.
De Standaard, 1996
In Stadskanaal kan Gritter geen beroep doen op Erik Huizing. De linkspoot is niet alleen geschorst, maar kampt ook met een vervelende liesblessure.
Meppeler Courant, 1994
Bruno Versavel, de maker van de vroege openingstreffer, was toen reeds naar de kleedkamer teruggeroepen om plaats te maken voor een tobbende De Bilde. De linkspoot had zich knap naar die eerste goal gemaneuvreerd en probeerde nadien nog enkele doelgevaarlijke akties uit te lokken.
De Standaard, 1995
Cercle Brugge bereikte met de linkspoot een akkoord zodat Vanmaele volgend seizoen uitkomt voor het team van Jerko Tipuric.
De Standaard, 1996
Kooistra voelt geen rancune tegen de club die hem ooit te licht bevond. Over zijn doelpunt kan hij kort zijn. "Een linkspoot op een linkspoot, simpel zat." De vrije trap van Hoekman schoot hij ongehinderd in de korte hoek. "Met de onderkant van m'n schoen geloof ik."
NRC, 1994
Mogelijk volgt ook Foguenne weer, in wiens terugkeer Clijsters grote hoop stelde. De linkspoot, die de loopoefeningen hervatte, moet in ieder geval een bijkomend onderzoek ondergaan.
De Standaard, 1996