Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

Gepubliceerd op 30-05-2017

leaser

betekenis & definitie

iemand die iets huurt per contract voor een bepaalde tijd, soms met koopoptie na afloop van de huurtermijn; iemand die iets leaset.

Voorbeelden:
De Provinciale Hogeschool Limburg trekt voor honderd procent de draagbare ict-kaart. Alle eerstejaars studenten leasen of lenen er vanaf dit jaar een laptop. Leasers zijn in drie jaar tijd een laptop rijker, de hogeschool betaalt mee.
http://www.klasse.be/archieven/archieven.taf?actie=detail=7949

'Vooral het instorten van de IT-markt heeft een klap gegeven,' meent De Rooij. 'Daar zag je louter Volkswagens rijden. Veel leasers zijn afgehaakt of wachten langer met het inruilen van hun auto.'
de Volkskrant, 8 april 2002

< >