opperkleed van de priester.
mouwloos opperkleed dat deel uitmaakt van de liturgische kleding van de priester bij het opdragen van de mis.
Voorbeelden:
Eeuwenlang zagen de gelovigen van de priester enkel zijn rug, omdat het altaar niet [...] naar het volk was gekeerd. Daarom is de rugzijde van de gewaden die de priester draagt, het kazuifel en de koorkap, het rijkst versierd.
http://www.digischool.nl/ckv2/kerk/chartres/paramenten/paramenten1.htm
Hiij is de uitverkorene van zijn klas, de andere koorknapen zijn allemaal ouder [...]. Hij krijgt toegang tot de geheime spelonk van de sacristie, waar het naar kaarsen, wierook en gesteven linnen ruikt, als een ingewijde raakt hij de gouden, met edelstenen bezette kelken aan, vult de kannetjes met wijn en water, legt de brokaten kazuifels klaar.
Paul De Wispelaere, Tussen tuin en wereld, 1979
Kardinaal Mulders was onherkenbaar. Zoals hij naast de pastoor van Drempel stond in zijn bermuda en veelkleurig hemd, zou niemand in hem een geestelijke herkennen [...]. Er stonden zweetdruppels op het voorhoofd van de pastoor. Hij mag in bermuda en ik moet in die zware, warme kazuifel rondhossen. Het is niet eerlijk.
Paul Mennes, Poes poes poes, 2001