hoge rubber laars.
veelal rubberen laars met een schacht die tot aan of over de knie reikt.
Voorbeelden:
M. [...] droeg een bril [...] en veel te grote rubberen kaplaarzen met gaten in de zolen die ze, na ze te hebben uitgeschopt, met zand had gevuld om ze van binnen te drogen.
Heere Heeresma, Heeresma helemaal, 1978
Penny moest met de baby ter hoogte van het ponyveldje zijn toen de eerste regendruppels tegen de ruiten tikten. Anna zei Arthur bij zijn speelgoed te blijven, verwisselde in de bijkeuken haar schoenen voor een paar kaplaarzen en holde de tuin in om het wasgoed binnen te halen.
Mensje van Keulen, Overspel, 1982
Ondanks vier paar extra sokken zijn de kaplaarzen die hij heeft gekregen hem veel te groot.
Arnon Grunberg, De asielzoeker, 2003