Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

Gepubliceerd op 29-10-2020

kanoetstrandloper

betekenis & definitie

middelgrote strandloper.

middelgrote strandloper met een grijs verenkleed en aan de onderzijde wit verenkleed, een donkere snavel, grijsgroene poten, gestreepte flanken en 's zomers een oranjerode kop, borst en buik, die een korte hals, korte poten en een middellange snavel heeft en die op stranden en in modder leeft waar hij met zijn snavel drukverschillen meet om voedsel te zoeken; kanoet.

Voorbeelden:
De kanoet of kanoetstrandloper is de grootste strandlopersoort. Er is een groot verschil in zomer- en winterkleed. In het zomerkleed is de vogel goed gecamoufleerd op de toendra; daar broedt de kanoet. Het is een sterke vlieger met lange vleugels, goed uitgerust voor de trek over lange afstanden. De Waddenzee is voor de kanoet een van de belangrijkste pleisterplaatsen van de wereld. Zonder de Waddenzee zou hij het niet redden.
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/kanoet

Het gaat slecht met de kanoetstrandloper. Over tien jaar kan de vogel uitgestorven zijn, zo melden onderzoekers van het Nederlands Instituut voor Onderzoek der Zee (NIOZ) op Texel. Bij de laatste tellingen op het eiland Griend in de Waddenzee, in augustus dit jaar, werden slechts zeventien kanoetstrandlopers aangetroffen. Normaal gesproken zijn dat er dertig- tot veertigduizend.
https://www.nrc.nl/nieuws/2002/11/04/kanoetstrandloper-wordt-met-uitsterven-bedreigd-7612754-a1300051, 4 november 2002

Kanoetstrandlopers kijken bij elkaar af wie waar het beste voedsel haalt. Ook afluisteren blijkt een goede strategie onder vogels.
https://www.volkskrant.nl/nieuws-achtergrond/spieken-ook-bij-vogels-geliefde-strategie~bf8f39e1/, 13 augustus 2011

< >