iemand uit Kameroen.
iemand met de Kameroense nationaliteit; iemand die behoort tot het Kameroense volk; iemand die afkomstig is uit Kameroen; inwoner van Kameroen.
In het meervoud ook in toepassing op het volk.
Voorbeelden:
Joao Havelange kondigde nog maar pas zijn afscheid als voorzitter van de wereldvoetbalbond (Fifa) aan of de strijd voor zijn opvolging is begonnen [...]. Afrika steunt de kandidatuur van de Kameroener Issa Hayatou, voorzitter van de Afrikaanse voetbalbond.
De Standaard, 1996
De gemiddelde levensverwachting van een kameroener is slechts 48 jaar [...]. Volgens de laatste schattingen is 12-15% van de kameroeners besmet met het HIV-virus. In 2003 gingen er in Kameroen tussen de 32.000 en 74.000 volwassenen en kinderen dood aan aids.
http://www.givemilk.org/projecten/kameroen.html, 2007
"De Kameroener mist nog wedstrijdritme na twee maanden inaktiviteit," zei trainer Ferrera.
De Standaard, 1995
