Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

Gepubliceerd op 29-10-2020

Japanse oester

betekenis & definitie

soort oester.

aan de Zeeuwse wateren aangepaste oestervariant met een holle, grillig gevormde schelp, die oorspronkelijk uit Japan komt maar in de jaren '60 in Zeeland uitgezet is en nu veelvuldig in de Oosterschelde voorkomt en daar gekweekt wordt; Zeeuwse oester; holle oester; creuse.

Voorbeelden:
Na de grote sterfte van de oesters werden er vanuit Frankrijk platte oesters geïmporteerd. En met deze import-oesters kwam in de jaren '70 de ziekte Bonamiasis de Oosterschelde binnen. De platte oesters zijn gevoelig voor deze ziekte, waardoor weer een deel van het oesterbestand verloren ging. Als gevolg daarvan werd de Japanse oester in Nederland geïntroduceerd. Deze oesters werden vanaf 1964 geëxploiteerd nadat ze eerst uit Brits Columbia en later uit Frankrijk werden geïmporteerd. De Japanse variant bleek goed te gedijen in de Oosterschelde.
http://www.zeeuwseoesters.nl/historieNL.htm

De teelt van inheemse platte oesters (Ostrea edulis) en Japanse oesters of creuzes (Crassostrea gigas) vindt plaats op kweekpercelen in de Oosterschelde en het Grevelingenmeer.
http://www.pvis.nl/

Inmiddels heeft de Japanse oester zich helemaal aan de Oosterschelde aangepast. De kwekers hebben hun eigen kweekmethoden ontwikkeld. Er kan dus met recht gesproken worden van Zeeuwse oester.
http://www.zeeuwseoesters.nl/historieNL.htm

< >