Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

Gepubliceerd op 30-05-2017

identiteitsdiefstal

betekenis & definitie

diefstal van persoonlijke gegevens.

diefstal van persoonlijke gegevens, om hier vervolgens fraude mee te plegen; diefstal van iemands identiteit door criminelen, om hier vervolgens, meestal financiële, fraude mee te plegen.

Voorbeelden:
Identiteitsdiefstal is het onrechtmatig gebruikmaken van iemands persoonlijke gegevens. Dat gebeurt vaak met financiële motieven, vooral in de Verenigde Staten. Daar behoren financiële gegevens meer tot het publieke domein, en kunnen fraudeurs vrij makkelijk achterhalen wie er kredietwaardig is. Bovendien is er bij Amerikaanse banken en kredietinstellingen een gebrek aan controle op de identiteit van de opdrachtgevers van financiële transacties. Daardoor kunnen fraudeurs andermans identiteit aannemen en op naam van hun kredietwaardige slachtoffer kredietlijnen openen, aankopen doen, leningen afsluiten enzovoort. De rekening komt uiteindelijk bij het nietsvermoedende slachtoffer terecht.
Taaltelefoon Vlaanderen, 16 december 2002

Eén Belg op de tien is al ooit slachtoffer geweest van identiteitsdiefstal op het internet. Dat blijkt uit de Eurobarometer over digitale veiligheid die de Europese Commissie maandag gepubliceerd heeft. Volgens de peiling heeft 55 procent van de Belgen de voorbije twaalf maanden ook geen enkel van hun online wachtwoorden gewijzigd.
De Standaard, 9 juli 2012

Volgens het onderzoek Unisys Security Index van de IT-dienstverlener zijn Nederlanders het meest bang voor identiteitsdiefstal en fraude met bankpassen. Ongeveer 71 van de respondenten geeft aan dat zij fraude met bankpassen als de grootste bedreiging zien voor hun internetveiligheid.
http://www.infosecurity.net/Nieuws/73707/Nederlanders-beducht-voor-identiteitsdiefstal-en-b, 5 mei 2011

< >