Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

Gepubliceerd op 30-05-2017

houting

betekenis & definitie

zalmachtige zoutwatervis.

zalmachtige zoutwatervis met een grijsbruine tot zwarte rug en zilveren flanken, die tot een halve meter lang wordt en voor de voortplanting stroomopwaarts de rivieren opzwemt.
Ook van toepassing op de visfamilie of soort in het algemeen en dan vaak in het meervoud gebruikt.

Voorbeelden:
Volgens het RAP moet in het jaar 2000 de zalm weer terug zijn in de Rijn. Daarbij geldt deze soort als symbool voor een grotere groep trekvissen, waaronder ook houting en spiering, en hun gezamenlijke 'wedergeboorte' moet weer de uitdrukking zijn van een algeheel ecologisch herstel.
NRC, 1994

Op 25 februari 1998 werd een "echte" houting in de Waal gevangen. Het dier, met een lengte van 37 cm, is vermoedelijk geslachtsrijp. Sinds 1940 kan de houting beschouwd worden als uitgestorven in het Rijnstroomgebied.
http://home.wxs.nl/~hwdenie/

Vliegvissen of werken met de werphengel, de kansen om edele vis te vangen is groot. Ridderforel, zalmforel, vlagzalm en houting zijn enkele van de vissen in onze bergwateren.
http://www.funasdalsfjall.se/holland/fiska.htm

< >