iemand die boer is als hobby.
iemand die boert voor zijn hobby; iemand die boer is als hobby.
Voorbeelden:
"De wetgeving kent geen hobbyboeren", stelt Stuyckens. "Er zijn alleen mensen die aangifteplichtig zijn voor de Mestbank en anderen die dat niet zijn. En het criterium daarvoor is duidelijk. Iedereen die meer dan twee hectare cultuurgrond in gebruik heeft of die dieren heeft die samen meer dan 300 kg fosfaat produceren, moet een mestaangifte indienen."
Gazet van Antwerpen, 5 oktober 2000
Uitgangspunt is nu dat in bebouwde kommen en dorpskernen voor de bouw van een schuilstal voor hobbydoeleinden volstaan kan worden met de in het bestemmingsplan opgenomen bijgebouwenregeling. In het buitengebied kunnen zogenaamde hobbyboeren niet bouwen. Dat is gerelateerd aan reële agrarische bedrijven. Hobbyboeren kunnen, als aan bepaalde voorwaarden wordt voldaan, alleen op hun huiskavel een schuilgelegenheid realiseren.
Meppeler Courant, 1996
Een landbouwer is geen hobbyboer die dieren kweekt louter en alleen voor zijn plezier.
http://www.andredenys.com/Txt010320.htm