leerling van de eerste groep.
leerling die in de eerste groep van de basisschool zit; leerling uit groep één; eerstegroeper.
Voorbeelden:
Zoals u weet zitten de groepen 1 en 2 dit jaar samen in het speellokaal. Daar zijn zij onder de hoede van juf Jannie (leerkracht) en juf Ageeth (onderwijsassistent). Geleidelijk aan is deze groep behoorlijk gegroeid. Na de vakantie verwelkomen wij onze 37e kleuter. Om onze leerlingen in de groepen 1 en 2 voldoende plaats te geven (kleuters spelen vaak en graag op de grond, in hoeken e.d.) gaan wij na de voorjaarsvakantie het nu leegstaande kleuterlokaal weer in gebruik nemen voor onze groep eners.
www.poolsterscholen.nl/gfx/3/File/nwsbr110218.doc, 18 februari 2011
