goede manieren hebbend e.d..
goede manieren hebbend; met goede manieren; ook: blijk gevend van goede manieren; beleefd; wellevend.
Veel minder gebruikelijk dan het synoniem welgemanierd.
Voorbeelden:
"Tennissers moeten goedgemanierd zijn. We zijn trots op spelers die op en buiten de baan voorbeeldig gedrag tonen."
De Standaard, 1996
De Nigeriaan die vrijdag probeerde een terreuraanslag te plegen op een Amerikaans passagiersvliegtuig, was "een goedgemanierde, ingetogen, beleefde en capabele jongeman". Dat heeft zijn voormalige universiteit, University College in Londen, maandagavond verklaard.
http://www.telegraaf.nl/buitenland/5670725/__Nigeriaan_was__goedgemanierd___.html, 29 december 2009
Het is een werkelijk heel fijne hond in de omgang, zacht van karakter en relaxed van aard. Hij is enorm graag bij de mensen en zou ook voor kinderen prima gezelschap zijn door zijn kalme en goedgemanierde gedrag.
http://www.pets.be/sighthounds-2-save-greyhound-jerry-ii-63745%26layout=standard%26show_faces=false%26width=450%26action=recommend%26colorscheme=light%22, 2010
Toch wel vervelend als je altijd alles net op het verkeerde moment doet, terwijl je het allemaal zo goed bedoelt. Dit overkomt ook Lily Bart (Gillian Anderson), een vrolijke dame die in aristocratische kringen verkeert. Ze is knap en goedgemanierd, maar ontdekt na financiële tegenslagen en oplopende gokschulden dat je alleen daarvan niet kunt leven.
http://www.film1.nl/films/781-The-House-of-Mirth.html
De bel. In geluid gegoten vastberadenheid, maar niet brutaal, goedgemanierd. De knop werd beroerd door iemand die van aanbellen een uiting van wellevendheid wist te maken.
Jan Willem Holsbergen, Het pistool van de rekening, 1981