Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

Gepubliceerd op 30-05-2017

gitarist

betekenis & definitie

bespeler van de gitaar.

iemand die voor zijn beroep of uit liefhebberij gitaar speelt, meestal in een band of begeleid door een band; bespeler van de gitaar; gitaarspeler.

Voorbeelden:
Hij luistert naar Carlos Santana en Eric Clapton en nog een stuk of wat jongere gitaristen wier namen haar niets zeggen, maar die kennelijk tot een bepaalde categorie behoren, de uitverkorenen die boven iedere verdenking staan.
Kees van Beijnum, De vrouw die alles had, 2002

Het daaropvolgende concert in Wanroy kan dankzij het invallen van gitarist Jan Buys - echtgenoot van voormalig BZN-zangeres Marietje Kwakman - gewoon doorgaan.
http://www.bzn-online.com/cgi-bin/asp/general/index.asp?lang=dutch

Robbie Robertson staat niet graag langdurig stil bij zijn verleden als gitarist en voornaamste songschrijver van de Canadees/Amerikaanse rockgroep The Band.
NRC, 1994

< >