in staat om te rekenen.
in staat om te rekenen.
Voorbeelden:
Vorige week was het de Week van de Geletterdheid, met als thema gecijferdheid. Dat is het vermogen om met cijfers, maten en wiskundige begrippen om te gaan. Wie gecijferd is, kan betere beslissingen nemen. Het gaat dan om alledaagse vaardigheden zoals facturen ontcijferen, het aantal potten verf voor een keukenmuur berekenen, internetbankieren en winkelpromoties begrijpen.
Taaltelefoon, 15 september 2014
Waar het natuurlijk echt om draait is dat alle leerlingen zich moeten kunnen redden in een gecijferde samenleving. Dat ze tijdens het winkelen een beeld hebben van het geld dat ze uitgeven, in relatie tot wat ze te besteden hebben. Of dat ze een begrip hebben van afstanden bij het berijden van wegen.
http://www.cps.nl/thema/basisonderwijs/rekenen/referentieniveaus
Hoe gecijferd is een basisberoepsgerichte leerling in het VMBO?
http://www.fi.uu.nl/wiskrant/artikelen/243/243maart_hoogland.pdf
Ook het massale meedoen aan de piramidespelen in Albanië ziet Nelissen als een vorm van ongecijferdheid. Een gecijferd mens had kunnen weten dat er veel kans was dat hij zijn geld nooit meer zou terugzien.
http://www.trouw.nl/tr/nl/5009/Archief/article/detail/2634859/1997/03/19/ONGECIJFERDHEID.dhtml, 19 maart 1997
