Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

Gepubliceerd op 30-05-2017

fittie

betekenis & definitie

gevecht; ruzie.

gevecht; strijd; ruzie.

Voorbeelden:
Videomateriaal van twee Londense autorijders die een fittie met elkaar hebben is vandaag vrijgegeven. Op de video is te zien dat de ruzie tussen de twee mannen er uiteindelijk op uitloopt dat een van de twee mannen wordt geraakt door een sportwagen.
http://www.powned.tv/nieuws/foto/2015/04/fittie_autobestuurders_vrijgeg.html, 17 april 2015

Omdat ik fitties alleen leuk vind om te aanschouwen, doe ik natuurlijk niet aan naming and shaming. Stel je voor, straks ben ik zelf het middelpunt van een onverkwikkelijk dispuut. Er zijn ruzies ontstaan om minder. Een tikfout, meer is er soms zelfs niet nodig.
http://vrouwkeblogt.com/2010/11/14/zon-fittie-is-niet-niks/, 14 november 2010

Op Twitter heb je een categorie onaanstastbaren. Als je met deze mensen 'in discussie' raakt, is het al te laat. De fittie is gaande, nog voor je het zelf weet. Verstandige tweeps drukken direct unfollow en doen er verder het zwijgen toe.
http://vrouwkeblogt.com/2010/11/14/zon-fittie-is-niet-niks/, 14 november 2010

vette fattoe, ik boekte die gast zwaar op ze fox toen pakte ie die pipa maar ik had me matties bij me en die gingen hem zware fittie geven.
http://forum.scholieren.com/showthread.php?t=286, 18 februari 2001

< >