Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

Gepubliceerd op 29-10-2020

dopeling

betekenis & definitie

iemand die gedoopt wordt.

iemand die gedoopt wordt; vaak in het bijzonder: kind dat gedoopt wordt.

Voorbeelden:
Doop, ook wel Heilige Doop genoemd, is die handeling in de kerk waarbij in het kader van de eredienst kinderen en ouderen via het teken van het water (besprenkeling of onderdompeling) worden opgenomen in de kerk. Door de doop gaat de dopeling deel uitmaken van het lichaam van Christus.
http://www.vpkb.be/

Aan de doopviering gaat altijd een voorbereidingsbijeenkomst vooraf, waarin de ouders van verschillende dopelingen met elkaar in gesprek gaan.
http://www.bethlehemparochie.nl/

In de zesde eeuw werd het peetouderschap ingevoerd. Dit waren twee mensen, de peter en meter, die antwoord konden geven op de doopvragen in plaats van de dopeling. Zo kon de pasgeboren baby getuigen van zijn of haar geloof en daarmee dus worden gedoopt. Tegenwoordig is het niet meer altijd de peter of meter die de vragen beantwoordt. Moeder en vader doen het nu vaak zelf.
http://www.vanharte.nl/uk_baby_doopfeesten_symbolen.htm

< >