Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

Gepubliceerd op 30-05-2017

commandant

betekenis & definitie

bevelvoerder.

iemand die voor zijn beroep het bevel voert, vooral bij bepaalde missies of operaties of over bepaalde eenheden; bevelhebber; bevelvoerder.
Zie ook betekenis 1.1-1.3 voor specifiek gebruik voor een commandant in het leger, bij de brandweer of bij een politiedienst.

Voorbeelden:
Ongeveer hetzelfde overkomt ook Assem Bayaa, die een United Airlines-vlucht van Los Angeles naar New York moet verlaten. Bayaa is probleemloos door de veiligheidscontroles geraakt. Toch moet hij opkrassen, omdat de crew "zich niet lekker voelt bij zijn aanwezigheid". Achteraf ondervraagd door de directie kan de commandant geen reden voorleggen.
De Morgen, 2002

Er zijn ook drie slaapvertrekken voor de drie gevangenen. Zij staan in voor het algemene onderhoud van het ruimteschip en verzorgen de planten en dieren. Yuzar staat recht en gaat een kijkje nemen bij de bemanning. 'Alles in orde Jakar? We zijn nog op koers?' 'Ja, alles is in orde en onder controle, commandant', antwoordt Jakar enthousiast.
http://users.skynet.be/sky03361/jeugdpagina/jeugdhtml/boek.html