Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

Gepubliceerd op 29-10-2020

boterbloem

betekenis & definitie

bloem uit de onderklasse Ranunculus.

kruidachtige plant uit de onderklasse Ranunculus van het gelijknamige boterbloemgeslacht (Ranunculus) waarvan de soorten in tegenstelling tot de waterranonkels vrijwel steeds op het land groeien, en die, afhankelijk van de soort, kenmerken heeft als een hoogte van 10 tot 120 cm, sterk dan wel weinig vertakte stengels met diep ingesneden, vaak driedelige, of ook langwerpige tot lijnvormige bladeren, en bloemen met meestal vijf kelkbladen en vijf doorgaans gele of witte kroonbladen, die elk op een aparte bloemstengel staan of soms gegroepeerd zijn in een bloeiwijze.
Vaak in toepassing op een in Nederland en Vlaanderen veel voorkomende plant van de variëteit scherpe boterbloem (Ranunculus acris).

Voorbeelden:
Onkruid is eigenlijk een wat onduidelijk begrip. Voor de een is een boterbloem het toppunt van schoonheid en voor de ander is die plant een bron van ergenis.
http://www.phytosystem.be/producten/teelten/

We beleven het lichte, vrolijk stralende aan deze kleur als we denken aan de bloeiende forsythia-struiken, de bermen vol gele trompetnarcissen, de paardebloemen, boterbloemen tussen het groene gras, heel geel van rijp koren, de goudgele herfstbladeren.
http://www.kore.nl/kleuren.html

Ik baande mij een weg door de boterbloemen.
Elvis Peeters, Calvados, 2001