Het begrip boskat heeft 3 verschillende betekenissen:
1) bruingele, zwartgevlekte katachtige.
middelgrote katachtige uit Afrika met een bruingele, zwartgevlekte vacht, lange poten, een kleine kop en grote, afgeronde oren; serval.
2) wilde kat.
Europese wilde kat die bij ons tegenwoordig weer voorkomt in de Ardennen en in het zuidoosten van Nederland; wilde kat; Europese boskat; Europese wilde kat.
3) langharige raskat.
langharige of halflangharige raskat.
Meestal in toepassing op de Noorse boskat, maar ook in toepassing op de Siberische kat of de maine coon. Meestal in verbinding met het geografisch adjectief.