Een interval is een afstand of tijdsduur tussen twee gebeurtenissen, objecten of meetpunten.
Het kan ook verwijzen naar het bereik of de reeks waarden tussen twee punten op een schaal of een reeks van opeenvolgende noten in een muziekstuk. In de wiskunde verwijst een interval meestal naar een continu bereik van getallen tussen twee punten op de getallenlijn.
Een interval kan open of gesloten zijn. Een gesloten interval omvat beide eindpunten, terwijl een open interval de eindpunten uitsluit. Als we bijvoorbeeld het interval tussen 1 en 5 nemen, is het gesloten interval [1,5], wat betekent dat 1 en 5 beide inbegrepen zijn, terwijl het open interval (1,5) betekent dat noch 1 noch 5 is inbegrepen.
Intervallen worden vaak gebruikt in de wetenschap, economie, muziek, wiskunde en statistiek. In de muziek kan een interval bijvoorbeeld worden beschreven als een melodie van twee opeenvolgende noten, terwijl in de statistiek een betrouwbaarheidsinterval het bereik van waarden is dat een bepaalde statistische parameter kan aannemen met een bepaalde mate van waarschijnlijkheid.