1. (bloembollent.) Abnormale klistervorrning bij de tulp. Hierbij groeit het weefsel rondom de inplantingsplaats van de okselknop in de lengte naar beneden tot een kokertje, op welks bodem dan de okselknop zich ontwikkelt.
Een z. kan zich vlak onder de oude bol vormen, doch ook wel op 10 of 20 cm of zelfs nog groter afstand ervan. 2. (bosb.)
(1) Ander woord voor aflegger.
(2) Loodrecht naar beneden gaande wortel.