noemt men in de bosbedrijfsecon. het lopend netto-renderingsprocent van een houtopstand, nl. de procentische verhouding tussen de netto-waardevermeerdering en de waarde van de staande houtvoorraad (houtvoorraadkapitaal). KRAFT heeft voor de berekening van het w. de volgende formule opgesteld: w = z —((G+B/H).p. waarin w = wijzerprocent, z = het brutowaarde-aanwasprocent (= som van het massa-aanwas- en het kwaliteitsaanwasproeent), G = de grondwaarde per ha, B = het beheerskostenkapitaal per ha, H = het houtvoorraadkapitaal per ha en p = de bosrentevoet.
Men berekent het w. van een opstand om zijn econ. kaprijpheid te kunnen beoordelen. Zolang w > p, wordt er nog ondernemerswinst gemaakt en kan de opstand nog worden aangehouden. Zodra w < p, levert de voortzetting van de productie verlies op. De econ. kaprijpheid wordt dus bereikt bij w = p.