Agrarisch Encyclopedie

Veerman (1954)

Gepubliceerd op 17-11-2021

Wassen

betekenis & definitie

is een groep der lipiden of vetachtige stollen. Zij bestaan voorn. uit mengsels van esters van de hogere vetzuren en hogere éenwaardige alcoholen.

Zij zijn gedeeltelijk een dierlijk product, b.v. bijenwas (= voorn. de palmitinezure ester van myricylalcohol, C20H61OH), wolvet van schapen (vetzure esters van aliphatische alcoholen en van cholesterol) en de vloeibare spermaceti-olie (uit walvistraan). Daarnaast kan men door extractie b.v. van bruinkolen minerale wassoorten verkrijgen. Montaan-w. wordt door extractie uit bruinkool, turf e.d. gewonnen. voorn. zijn w. echter van plantaardige oorsprong. de belangrijkste zijn: Q, Carnauba-w. die wordt wonnen van de bladeren de Braz. palm Corypha cerifera.de w. wordt van de gedroogde bladeren afgeschrapt en gezuiverd. Candelilla-w. is komstig van de stengels van de o.a. in Mexico voorkomende Pedilanthus pavonis. De stengels worden gekookt, zodat de w. smelt. Deze wordt vervolgens gezuiverd. De samenstelling varieert sterk. Rietwas is w. van de suikerrietstengels.

Deze w. wordt tegenwoordig op grote schaal als bijproduct in de rietsuikerfabrieken bereid. Ook uit espartogras, uit vlas- en katoenzaad en vele andere plantaardige materialen kunnen w. gewonnen worden.

W. zijn te onderscheiden van vetten, doordat bij verzeping met natronloog hogere alcoholen ontstaan, welke niet in oplossing gaan; zij komen in de z.g. onverzeepbare rest terecht. I.v.m. de uitgebreide praktische toepassingen (kaarsen, gramofoonplaten, schoenpoetsmiddelen, meubelwas, cosmetica, in de lithografie en de textielindustrie) worden w. ook synthetisch uit paraffine gemaakt.